Het Nederlandse koningshuis behoort tot de rijkste families van het land, met een geschat vermogen van ongeveer 1,3 miljard euro. Dit plaatst de familie Oranje-Nassau op de tiende plek in de lijst van rijkste families in Nederland volgens de Quote 500. Het vermogen bestaat uit persoonlijke investeringen, eigendommen, en erfelijke landgoederen, evenals inkomsten uit de grondwettelijke uitkeringen en andere bronnen.
Grondwettelijke uitkeringen
De koninklijke familie ontvangt jaarlijks een grondwettelijke uitkering vanuit de rijksbegroting. Voor 2025 bedraagt deze uitkering in totaal 12,4 miljoen euro, verdeeld in:
- Inkomen (A-component): Voor koning Willem-Alexander bijvoorbeeld 1,2 miljoen euro.
- Onkosten (B-component): Onder andere 6,1 miljoen euro voor de koning om personeel en beveiliging te bekostigen.
Amalia, de Prinses van Oranje, ontvangt formeel 1,9 miljoen euro, maar stort haar inkomen terug zolang ze studeert en geen koninklijke taken uitvoert. Vanaf 2025 zal ze echter gebruik maken van de B-component om haar functie financieel te ondersteunen.
Overige inkomsten en activa
Naast de uitkeringen beschikt de familie over aanzienlijke privébezittingen, waaronder paleizen, landerijen en kunstwerken. Prins Bernhard en prinses Mabel, hoewel niet door de staat gesubsidieerd, hebben zelfstandige vermogens dankzij investeringen. Zo is prins Bernhard succesvol in vastgoed en technologie, en stond prinses Mabel jarenlang hoog in de Quote 500 door aandelen in bedrijven zoals Adyen.
Kritiek en maatschappelijke kosten
Naast hun privévermogen en uitkeringen worden er functionele kosten gemaakt voor staatszaken en onderhoud van paleizen, met een geschatte begroting van 38,4 miljoen euro in 2025. Dit leidt regelmatig tot publieke discussies over de omvang van deze uitgaven.
(Bron: royalty-online.nl – Intropic: YouTube)