In Vlaanderen bestaan aanzienlijke verschillen tussen de pensioenen van werknemers en zelfstandigen, voornamelijk door de opbouw van de eerste en tweede pijler van het pensioensysteem. Werknemers ontvangen een hoger wettelijk pensioen, berekend op basis van hun brutoloon, aangevuld met werkgeversbijdragen.
Aanvullend pensioen
Daarnaast profiteren zij vaak van een aanvullend pensioen via groepsverzekeringen, gefinancierd door de werkgever. Zelfstandigen daarentegen hebben een lager wettelijk pensioen, gebaseerd op een lager referentie-inkomen, en moeten hun aanvullend pensioen, zoals het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ), volledig zelf financieren.
Recente cijfers uit 2023 tonen dat het gemiddelde netto pensioen voor werknemers €1.600 per maand bedraagt, terwijl zelfstandigen gemiddeld €1.200 ontvangen. Hoewel hervormingen de kloof hebben verkleind, blijft het verschil aanzienlijk, vooral door het ontbreken van een uitgebreide tweede pijler bij zelfstandigen.
Pensioen optimaliseren
Om het pensioen te optimaliseren, is het voor zowel werknemers als zelfstandigen belangrijk om actief deel te nemen aan de derde pijler, het individuele pensioensparen, dat voor iedereen onder dezelfde voorwaarden beschikbaar is. Zelfstandigen dienen daarnaast proactief aanvullende pensioenvoorzieningen te treffen, gezien het ontbreken van door werkgevers gefinancierde regelingen. Het is essentieel om tijdig financiële planning te maken en gebruik te maken van fiscale voordelen om een comfortabel pensioen te verzekeren.
(Bron: Clint.be – Afbeelding: Freepik)